Floris Hofstede
Floris Hofstede is kinderarts in het Wilhelmina Kinderziekenhuis van het Utrecht UMC, waar hij sinds 2016 ook CMIO is. Vanuit deze rol zet hij zich in voor het optimaliseren van digitale processen en met name het verbeteren van het elektronisch patiëntendossier (EPD). Nictiz ging met hem in gesprek over zijn visie op digitale toegang tot het EPD, e-health oplossingen en de toekomst van digitale zorg.
“Voor mij als kinderarts en CMIO is digitale toegang tot medische informatie voorwaardelijk voor een gelijkwaardige, betrokken patiëntrelatie.”
Visie op inzage
Ons eerste portaal (eczeemportaal) stamt al uit 2005. In 2015 konden we de (8) verschillende diagnose-gebonden portalen omzetten in één UMCU-patiëntenportaal. Hiermee wilden we alle patiënten van het UMC Utrecht toegang verlenen tot hun medisch dossier en tegelijk realtime inzage verschaffen in hun uitslagen, zoals laboratorium en beeldvormend onderzoek. Om dat ook voor kinderen veilig te doen, werkten we met uitgebreide protocollen om ouders voor toegang te machtigen en moesten behandelaren expliciet toestemming geven aan ouders voor toegang tot het portaal van hun kind. Door de jaren heen verschoof het, mede onder invloed van o.a. de VIPP programma’s, van een extra service steeds meer naar een recht van de patiënt. Onze visie bleef principieel: iedereen mag erin, tenzij er een absolute nee is gebaseerd op het welzijn van de patiënt. Daarin staan wij, na uitgebreide evaluaties van voor- en nadelen in de beginfase, nog steeds achter realtime inzage, maar er zijn nog steeds ziekenhuizen die vertraging inbouwen en uitslagen pas na een week vertonen. Als het gaat om digitale toegang, zijn er natuurlijk voorbeelden te bedenken voor elke uitzondering. Mijn ervaring is echter dat fijnmazigheid niet voldoende te automatiseren valt. Bovendien gaat recht op inzage tot medische gegevens verder dan alleen het verlenen van toegang. Met inzage in hun eigen gegevens ervaren patiënten meer autonomie en participatie in hun eigen gezondheidszaken. Laagdrempelig contact met de zorgverlener via het portaal draagt daar ook aan bij.
Gelijkwaardigheid patiëntrelatie
Door veel te pionieren met koplopers door de jaren heen leer je dat het belangrijk is om een positie in te nemen over wat je visie is als zorgverlener over de inzet van je informatievoorziening. Als arts ervaar ik dat mijn patiënten voor een deel afhankelijk zijn van mij om geïnformeerd te worden over hun gezondheid.
Digitale toegang is daarom niet slechts een technische tool, maar een voorwaardelijke tool om een gelijkwaardige patiëntrelatie op te bouwen.
Mijn ervaring is dat je als zorgprofessional niet dichter bij je patiënt komt als je niet op een gelijkwaardige wijze informatie kunt uitwisselen. Medici onder elkaar kunnen blijven communiceren in vakjargon, maar de informatievoorziening voor en aan patiënten moet vanuit de basis gaan over open en transparante dossiervoering en communicatie.
Toekomst
In relatie tot patiënten zie ik het als een taak voor artsen om de toekomstige informatievoorziening op niveau van zorguitvoering nog zinvoller in te richten, aangepast aan begripsniveau voor een effectieve werkrelatie met je patiënt. De plicht tot aanpassing ligt daarin bij ons als artsen. In de toekomst van digitale zorg moeten we er namelijk als zorgverleners naar streven om mensen in hun kracht te zetten door ze meer autonomie te geven. Daarvoor is gelijkwaardige toegang tot de informatievoorziening randvoorwaardelijk. Als zorgprofessional genereer en beheer je medische data, maar meer nog moet je die informatie analyseren en interpreteren om deze met de juiste duiding weer terug te kunnen geven aan de patiënt. Door het gebruik van DigiD voor identificatie en authenticatie, heb je daar voor hun digitale toegang zo min mogelijk regelwerk aan. Dat is voor de komende periode de meest realistische en voor de hand liggende methode om bij je medische informatie te komen.
Wil je weten waar de implementatiekansen liggen voor jouw zorgorganisatie? Neem een kijkje op Amigo!