Skip to the main content

Nictiz publiceert rapport Leren van andere landen: België

Hoe heeft men in België de digitale uitwisseling van informatie in de gezondheidszorg georganiseerd? Hoe zit dat onder andere met het zorgproces, de infrastructuur en wet- en regelgeving? Inzicht daarin biedt interessante aanknopingspunten voor beleidsmakers en zorgprofessionals in Nederland. Het rapport ‘Leren van andere landen: België’ van Nictiz en bijbehorende factsheet bieden dit inzicht en bundelen daarmee meerdere leerpunten voor Nederland. 

Voorblad van het rapport Leren van Andere Landen België, door het Nictiz team Internationaal.

Voor mogelijke oplossingen en leerpunten die toepasbaar kunnen zijn in de Nederlandse situatie heeft Nictiz de Belgische aanpak geanalyseerd. Dit aan de hand van alle elementen uit het lagenmodel van Nictiz, dus wat betreft interoperabiliteit en bijhorende randvoorwaarden zoals wet- en regelgeving. Welke elementen kunnen we overnemen voor Nederland, en welke valkuilen kunnen we eventueel vermijden door van hen te leren? 

Leerpunten voor Nederland 

Met het rapport wil Nictiz leren van Belgische successen. Als inspiratie of door deze aan te passen aan onze eigen context en over te nemen. Dit kan de efficiëntie en effectiviteit van digitale uitwisseling van gezondheidsinformatie ten goede komen. Daartoe presenteert het rapport de volgende leerpunten:  

  1. Infrastructuur: de Belgische infrastructuur is schaalbaar en vertrouwd, bevordert efficiënte gegevensuitwisseling en databeschikbaarheid, en heeft relatief lage ontwikkelingskosten. Het eHealth-platform werkt als een centraal knooppunt dat verschillende regionale knooppunten met elkaar verbindt. Daardoor hebben zorgverleners toegang tot alle informatie, ongeacht waar deze opgeslagen zijn. Nederland kan leren van deze verbonden informatievoorziening in het kader van een landelijk dekkend netwerk van infrastructuren (LDN).
  2. eID: deze elektronische identiteitskaart is een bewezen praktisch digitaal identificatiemiddel in de Belgische gezondheidszorg. Bij een consultatie wordt de eID-chip ingelezen, die een 15 maanden durende behandelrelatie vastlegt en zorgt voor veilige toegang tot gezondheidsinformatie. Nederland kan leren van deze manier van identificatie en authenticatie en de vastgelegde behandelrelatie in het kader van Digitale Toegang in de zorg.
  3. Inzage gegevens: met de eID (en een pincode) hebben patiënten veilig toegang tot hun gezondheidsgegevens via patiëntportalen of via het federale portaal mijngezondheid.be. De eID-chip verifieert de identiteit van de gebruiker voor veilige toegang. Het gebruik van eID in België geeft voor Nederland een mooi voorbeeld hoe het in de praktijk kan werken.  

Spieken over de grens 

Met de uitdaging om databeschikbaarheid te versnellen, blijkt het zeer nuttig te leren van de aanpak van omringende landen. We kunnen waardevolle lessen trekken uit hun oplossingen, ook al hebben we een eigen geschiedenis en eigen beslissingen. Met die lessen kunnen we de Nederlandse uitwisseling van gezondheidsgegevens weer een stap verder brengen.

Go to top

Volg ons